Vakantie Kaapverdië
Het landschap van Kaapverdië heeft over het algemeen een bergachtig karakter. De nog actieve vulkaan Pico de Fogo (2829 meter hoog) is het hoogste punt van de eilandengroep. Diepe ravijnen, ontstaan door erosie, doorklieven het sterk heuvelachtige landschap. Door onregelmatige regenval zijn problemen met erosie ontstaan en is er een tekort aan vers drinkwater. Aan het eind van de jaren tachtig heeft men echter door middel van de aanleg van terrassen en dammen en het planten van ca. 20 miljoen bomen getracht een halt toe te roepen aan de erosie.
Klimaat
De gemiddelde temperatuur is 26 °C. De eilanden ondergaan het grootste deel van het jaar de invloed van de noordoostpassaat, die soms stof uit de Sahara aanvoert. De regentijd valt tussen augustus en oktober. Het eiland Sao Tiago, waar ook de hoofdstad Cidade de Praia ligt, heeft een gemiddelde jaarlijkse neerslag van 250 mm per jaar. In de jaren '70 viel er echter soms minder dan 25 mm regen per jaar. De eilanden aan de westkant van de archipel hebben een aangenaam klimaat, de overige zijn tropisch.
Geschiedenis
De Kaapverdische Eilanden werden ontdekt in de 15de eeuw door de Portugezen, die er een basis van maakten voor hun Afrikaanse handel, o.a. in slaven (na de afschaffing van de slavenhandel verarmden de eilanden sterk). Portugese geschiedkundigen schrijven de ontdekking van de Kaapverdische Eilanden toe aan Diogo Gomez, die in dienst was van prins Hendrik de Zeevaarder. In 1462 vestigden de eerste Portugezen zich op Sao Tiago, waar ze Ribeira Grande stichtten. In 1495 werd de eilandengroep officieel Portugees kroondomein. In 1587 werd het een Portugese kolonie. Tussen 1836 en 1879 werd de eilandengroep, samen met Portugees Guinee, bestuurd door een gouverneur-generaal. De afschaffing van de slavernij (in 1876) had een verslechtering van de Kaapverdische economie tot gevolg. Het gebied werd regelmatig door ernstige hongersnoden getroffen. Emigratie vormde voor veel eilandbewoners de enige mogelijkheid om aan de slechte bestaansmogelijkheden te ontsnappen. Mede als reactie op de toenemende onderdrukking door de Portugese machthebbers (vooral na 1920) ontstond een nationalistische beweging. In 1951 kreeg Kaapverdië de status van overzeese provincie. De Kaapverdische strijd tegen de koloniale machthebber was nauw gekoppeld aan die van Guinee-Bissau. De Portugese Anjerrevolutie, waarmee het dekolonisatieproces in1974 in gang werd gezet, maakte de weg vrij voor verkiezingen op de Kaapverdische Eilanden. In juni 1975 behaalde de PAIGC 92% van de stemmen en op 5 juli 1975 werden de Kaapverdische Eilanden volledig onafhankelijk. Eerste president van de nieuwe staat werd de socialist Aristides Pereira (herkozen in 1981 en 1986). In 1981 werden alle plannen voor een vereniging met Guinee-Bissau herroepen. Eind 1990 voerde Kaapverdië als eerste van de vijf voormalige Portugese koloniën in Afrika een meerpartijenstelsel in; begin 1991 koos het land een nieuwe president, de democraat Antonio M. Monteiro. De parlementsverkiezingen van dec. 1995 leverden een ruime meerderheid op voor de Movimento para Democracía die voorstander is van economische liberalisering. Bij de presidentsverkiezingen van febr. 1996 werd Monteiro herkozen voor een nieuwe ambtstermijn van vijf jaar. De oppositiepartij Paicv won de parlementsverkiezingen van 14 januari 2001. Premier Gualbert do Rosário gaf het verlies van de al tien jaar regerende Beweging voor Democratie (MPD) toe.
Planten en dieren
De plantenwereld is vrij arm aan soorten; bomen zijn erg zeldzaam, veel planten zijn cactussen. Ook de dierenwereld is zeer beperkt. Enkele landvogels en hagedissen komen maar op één of een paar van de eilanden voor. De kusten zijn belangrijk als broedplaatsen van zeevogels en zeeschildpadden. Soorten zoogdieren blijven beperkt tot knaagdieren en wilde geiten. De Kaapverdische Eilanden worden wel omringd door visrijke wateren.
Economie
Kaapverdië behoort tot de armste landen ter wereld. De werkloosheid onder de beroepsbevolking bedraagt ca. 25%; evenveel heeft te weinig werk. Door de grote droogte gingen vele oogsten verloren. Met voedselimport verbruikt men waardevolle valuta. Om buitenlands geld te verkrijgen is Kaapverdië afhankelijk van de emigranten die overzee leven en van ontwikkelingshulp. Hiermee worden grote werkgelegenheidsprogramma's gefinancierd: herbebossing, het maken van terrassen van de voor de landbouw bestemde berghellingen en wegenbouw
Alhoewel bijna 50% van de bevolking werkzaam is in de landbouw, draagt deze sector maar voor 12% bij in het bruto nationaal product (bnp). Op de lange duur zou Kaapverdië zijn afhankelijkheid van de landbouw kunnen verkleinen door zich meer te richten op de visserij, die zich gunstig ontwikkelt, en vooral op de dienstverlening en op de gespecialiseerde industrie. In 1989 werd een wet aangenomen, die investeringen ten behoeve van exportproducten en daarmee het scheppen van arbeidsplaatsen aanmoedigt, alsmede in een tien jaar lange vrijstelling van belasting, een tolvrije in- en uitvoer en in vrije winstovermakingen voorziet. Voor energie is men afhankelijk van geïmporteerde aardolie en bijproducten. Er is een mogelijkheid voor hydro-elektriciteit. De mijnbouw en industrie beperken zich tot de winning van zout en vulkanisch materiaal, en een conservenfabriek. Het bankwezen, dat verrassend efficiënt werkt, wordt nog verder uitgebreid. De centrale bank is de Banco de Cabo Verde, die tevens de commerciële bank is. Op Sal is een internationale luchthaven. Portugal is zowel voor de import (voedingsmiddelen en transportmateriaal) als voor de export (vis en visconserven) veruit de belangrijkste handelspartner
Sal
Het eiland Sal was net als de andere eilanden oorspronkelijk vulkanisch, maar daarvan is weinig meer te zien. Het is nu nagenoeg vlak. Het hoogste punt is Monte Vermelho, maar liefst 406 meter 'hoog'. De naam Sal heeft het eiland te danken aan een lagune waar zout gevonden werd. De lagune Pedra do Lume ligt in een oude krater. Tot er zout gevonden werd, was Sal eigenlijk onbewoond. Het werd door de bewoners van het buureiland Boavista gebruikt als graasweide voor de dieren.
Santiago is het grootste eiland van de groep. Het is het meest Afrikaanse eiland van Kaapverdië. De markten zijn kleurrijker en hopelijk maak je een van de festivals mee. Muziek speelt hierbij een grote rol. De hoofdstad Praia ligt in het zuiden.
Op Santiago, ongeveer tien kilometer ten westen van Praia ligt de oude hoofdstad van Kaapverdië, Cidade Velha. Dit was de eerste stad die door de Portugezen werd gebouwd. Hier staat het oude fort Real de Sao Felipe. Het is wel even klimmen, maar dan heb je ook een mooi uitzicht.
Op Sal komen vooral in de regio rond Santa Maria tegenwoordig veel toeristen. Mensen komen er natuurlijk vooral voor de mooie stranden en om aan watersport te doen.
De baai van Tarrafal op Santiago heeft een zandstrand. Er liggen kleine kleurige vissersbootjes. Het is een plek waar de plaatselijke bevolking ook graag komt om de vrije zondag te vieren. Praia heeft ook twee stranden: Praia Mar en Quebra-Canela, ten westen van het centrum van de stad.
De meest pittoreske plek van Sal is Pedra do Lume, de krater van de vroegere vulkaan. In 1804 hebben ze een tunnel gemaakt om erin te kunnen komen. De krater ligt op zeeniveau en wordt, ondanks dat de zee een kilometer verderop ligt, steeds gevuld met zeewater. Buracona is een natuurlijk zwembad dat met vloed gevuld is en bij eb leegloopt.
Santiago is een bergachtig eiland met groene valleien en bananenplantages. In het noorden ligt de sprookjesachtige baai van Tarrafal. De uitzichten op het eiland zijn weids. Vooral vanaf het hoogste punt van het eiland, de top van de Santo Antonio. Vlakbij Assomada, in het dorpje Boa Entrada, kun je een boom zien met een gigantische omtrek.
In Espargos en Santa Maria op Ilha do Sal moet je goed je best doen om geen restaurant, terras of discotheek te vinden.
De avonden op Santiago kun je lekker lang maken, met eten en stappen. Di Nos is dé nachtclub in Praia. Langs de stranden vind je veel bars en clubs, ook in Tarrafal
De zee is de grootste attractie van Sal. De toeristencomplexen van Santa Maria hebben veel faciliteiten om aan watersport te kunnen doen. Ook zijn er mogelijkheden om als beginner instructies te krijgen. Je kunt hier windsurfen, vissen en duiken
Je kunt een jeep huren om rond te trekken, maar ook fietsen zijn te huur.
Op het schitterende eiland Santiago met de mooie valleien en ruige rotsen kun je je lekker uitleven. Mountainbiken of een lange trektocht maken met 'n jeep of te voet, en dan 's avonds een etenje op een terras aan het strand!
Voor mensen die van volleybal, basketbal of tennis houden zijn er in Santa Maria op Sal genoeg mogelijkheden. Voor een duik in zoet water kun je terecht in een van de vele zwembaden.
Sao Nicolau
Het eiland Sao Nicolau ligt in het noordelijke deel van de archipel. Het eiland werd ontdekt op 6 december 1461, maar was nog lange tijd onbewoond. In het midden van de zeventiende eeuw begonnen ze te bouwen aan het eerste dorp, Porto da Lapa. Omdat het eiland geregeld piraten op bezoek kreeg verhuisden de mensen naar het binnenland. Zo is Ribeira Brava ontstaan, een karakteristieke plaats met smalle straatjes en kleurige huizen. In de baai van Sao Jorge werd een fort gebouwd dat de piraten moest afweren.
In Ribeira de Prata is de Rocha Escrita, oftewel 'rots met inscriptie'. Op deze rots staan een aantal ondefinieerbare letters of woorden. Sommigen zeggen dat ze geschreven zijn door de eerste bewoners van het eiland, anderen beweren dat het de piraten zijn geweest dit ze erop gezet hebben.
Dichtbij Preguica is het strand van Gales. De stranden van Tarrafal zijn echt een bezoek waard. Ze bestaan uit zwart lavazand, dat zelfs een genezende werking schijnt te hebben.
Het bergachtige eiland is weliswaar kaal, maar het heeft wel veel vergezichten. Het vulkanische verleden van het eiland zie je terug in de Monte Gord (1304 meter), het hoogste punt van het eiland. Daar vandaan lopen twee bergketens: van noord naar zuid en van oost naar west. Ze eindigen in zee als steile kliffen. Veel valleien zijn smal en diep, behalve Vale de Fajá. Deze is wijder en er wordt aan landbouw gedaan. Een leuke trip, met de auto of wandelend, is om vanuit het binnenland naar de kust te gaan, naar Caleijao. Je komt door een afwisselend landschap van valleien en plantages. Vanaf de vulkaan Caldeira (letterlijk 'kokende ketel') heb je een mooi uitzicht.
Vissen is een populaire bezigheid en het is goed mogelijk dat je een keer een 'big one' vangt, zoals een 'blue marlin' (een flinke jongen met speervormige snuit).
Je kunt lekker trekken over dit eiland. Je zult af en toe flink moeten klimmen, maar het grandioze uitzicht beloont je keer op keer.
Pasen wordt met processies en wedstrijden gevierd in het dorpje Faja. Net als op Sao Vicente wordt carnaval enthousiast gevierd. De doop is heel belangrijk voor de inwoners van Sao Nicolau. 'Guarda cabeca' is een traditie en betekent letterlijk 'het babyhoofdje beschermen tegen de duivelse heksen'. Dit wordt gedaan op de zesde en zevende dag na de geboorte. Er wordt een hoop lawaai gemaakt en veel gegeten en gedronken.
Fogo
Fogo is een eilandje ten westen van Santiago. Het heeft een vulkaan van 2829 meter hoog, wat meteen de grootste attractie van het eiland is en eigenlijk van de hele archipel. Heel soms is er een eruptie. Zijn naam heeft Fogo te danken aan deze vulkaan. Fogo betekent immers 'vuur'.
Het historische centrum van de stad Sao Filipe heeft lange lanen en prettige pleinen. Er staan hier gebouwen die nog herinneren aan de tijd van de slavernij.
Ten noorden van Sao Filipe ligt een schitterend zwart strand van lavazand. Er zijn een aantal grotten en riffen.
In Cha das Caldeiras, op de westhelling van de vulkaan, ligt het mooie park Monte Velho. Hier staat een aantal enorme bomen, die raar contrasteren met het voor de rest vrij kale landschap. De vulkaan moet ooit een hoogte van 3500 meter hebben gehad. Hij was actief tot in de achttiende eeuw. Héél soms maakt hij z'n aanwezigheid even duidelijk. De laatste eruptie was in 1995.
De omgeving van dit eiland nodigt uit tot een mountainbike-tocht of een flinke wandeling. Je kunt het jezelf ook wat moeilijker maken door een klim te maken naar de top van de vulkaan.
Het grootste culturele festival van Fogo is het festival van 'Bandeira de Sao Filipe', dat onder meer bestaat uit dansen, een paardenrace, een kerkdienst en een processie. Het wordt gehouden in de laatste week van april en eindigt op 1 mei.
Sao Vicente
Sao Vicente is een klein eiland, maar bij het stadje Mindelo ligt de grootste haven van Kaapverdië. Mindelo heeft een boulevard met uitzicht op de haven. De sfeer op dit eiland is, in tegenstelling tot Santiago, Europees.
Wanneer je in Mindelo aankomt merk je direct de Europese invloed. In de straten staan historische panden die je bij wijze van spreken ook in Engeland kunt aantreffen. Ook staan er monumenten uit de koloniale tijd en er loopt een mooie avenue door deze stad.
Er zijn wenig stranden in Sao Vicente, in de buurt van het vliegveld ligt een goed strand: Sao Pedro.
Mont Verde is het hoogste punt van dit vrij vlakke eiland. Een andere 'berg' is Monte Cara. Die heeft deze naam gekregen vanwege de sterke gelijkenis met een gezicht, wat vooral bij zonsopgang goed te zien is. Baia das Gatas, een erg mooie baai, ligt op tien minuten rijden van Mindelo. De stad Porto do Calhau kun je bereiken door het eiland te doorkruisen van oost naar west. De weg loopt tussen twee oude vulkanen door. De krater van een derde is goed te herkennen. Onderweg kom je langs grotten van Topim. Vlakbij is een strand.
's Zomers zijn de discotheken op Sao Vicente iedere avond geopend. Uit de bars en clubs klinkt het swingende ritme van de lokale muziek.
Als je van windsurfen houdt moet je naar het strand van Sao Pedro. Hier komen de kampioenen geregeld surfen. De faciliteiten zijn dus goed. Er zijn ook goede zeilscholen.
Biken en paardrijden zijn andere bezigheden die je op het eiland Sao Vicente kunt doen.
Het festival van Baia das Gatas wordt gehouden in augustus wanneer het volle maan is. Dat voorspelt wat... Op het strand van Praia das Gatas beginnen een paar vrienden wat muziek te maken en de volgende ochtend is het uitgegroeid tot een groot muzikaal festival. Mindelo is een plek geworden waar veel zeilers even aanmeren. In de bars en cafés zitten allerlei buitenlandse bezoekers elkaar sterke verhalen te vertellen over hun reis op zee. Carnaval wordt in Mindelo het heftigst gevierd. Het lijkt erg op de manier waarop de Portugezen hun feesten vieren, met kleurige optochten. Soms heeft het ook flink wat weg van een onvervalst Braziliaans carnaval. Een balletje slaan kun je op golfbaan met 18 holes. Ook dit heeft het eiland te danken aan de Engelse invloeden.